Statuten en huishoudelijk reglement

Statuten

ARTIKEL 1: NAAM EN ZETEL

De vereniging draagt de naam:

BADMINTONVERENIGING IN OFFENSIEF (afgekort BAVIO). Zij is gevestigd te Purmerend.

ARTIKEL 2: DOEL

De vereniging stelt zich ten doel de bevordering van de lichamelijke gezondheid van mensen in het algemeen en de bevordering van de badmintonsport in het bijzonder. Zij tracht dit doel te bereiken door:

a.  het bevorderen van de beoefening van de badmintonsport door het scheppen van de mogelijkheden daartoe;

b. het organiseren van oefeningen en wedstrijden;

c.  het vormen van een band tussen haar leden;

d. het maken van propaganda voor het badmintonspel;

e.  het nemen van alle maatregelen, welke kunnen leiden tot het verhogen van het spelpeil van de leden van de vereniging;

f.  alle andere wettige middelen, die aan het gestelde doel bevorderlijk zijn.

ARTIKEL 3: VERPLICHTINGEN VAN DE VERENIGING EN DE LEDEN

a.  De vereniging is bevoegd om een natuurlijk persoon als lid aan te melden bij de Nederlandse Badminton Bond, hierna te noemen: 'de bond'; het bestuur draagt voor deze aanmelding steeds onverwijld zorg overeenkomstig de ter zake geldende voorschriften van de bond;

b. de vereniging is bevoegd om na beëindiging van het lidmaatschap van een lid, anders dan door overlijden, of na opzegging van haar lidmaatschap van de bond namens de betrokkene diens lidmaatschap van de bond op te zeggen; de vereniging draagt de zorg overeenkomstig de ter zake geldende voorschriften van de bond;

c.  de leden zijn verplicht de statuten, de reglementen en/ of besluiten van organen van de bond, alsmede de van toepassing zijnde wedstrijdbepalingen na te leven en zich te onthouden van handelingen of gedragingen waardoor de belangen van de badmintonsport in het algemeen en die van de bond in het bijzonder op onredelijke wijze worden benadeeld;

d. ingeval een lid uit het lidmaatschap van de bond wordt ontzet is de vereniging reeds op die grond verplicht om na kennisneming van het uitgesproken royement de betrokkene met onmiddellijke ingang als lid van de vereniging te schorsen en na het onherroepelijk worden van het uitgesproken royement door opzegging tot onmiddellijke beëindiging van het lidmaatschap van de vereniging over te gaan;

e.  wanneer een lid het lidmaatschap van de bond heeft opgezegd dan wel wanneer de bond aan het lid het lidmaatschap van de bond heeft ontzegd, wordt door de vereni-
ging aan betrokkene het lidmaatschap van de vereniging opgezegd;

f.  indien en voorzover het bepaalde in een of meer van de leden sub a tot en met e van dit artikel strijdig mocht zijn met andere verenigingsbepalingen dan prevaleren de eerstgenoemde bepalingen;

g. de verplichtingen van de leden worden overigens nader bepaald in het Huishoudelijk Reglement der vereniging zoals dit wordt vastgesteld door de Algemene Ledenvergadering.

ARTIKEL 4: ORGANISATIE EN LIDMAATSCHAP

De vereniging kent: ereleden, seniorleden, juniorleden en begunstigers.

a.  Ereleden zijn zij, die op voorstel van het bestuur of tenminste tien leden als zodanig zijn benoemd wegens bijzondere verdiensten jegens de vereniging.

b. Seniorleden zijn zij, die belangstelling hebben voor de badmintonsport, op 1 september van het verenigingsjaar minimaal achttien jaar oud zijn en als zodanig door het bestuur zijn toegelaten.

c.  Juniorleden zijn zij, die jonger zijn dan achttien jaar en als zodanig door het bestuur zijn toegelaten.

d. Begunstigers zijn zij, die door een jaarlijkse bijdrage of door een schenking ineens, de vereniging steunen, zulks na aanmelding bij en aanneming door het bestuur.

Een en ander wordt bij huishoudelijk reglement nader geregeld.

ARTIKEL 5: TOELATING DER LEDEN

Hij of zij die als lid wenst te worden toegelaten, meldt zich hiertoe aan bij de secretaris der vereniging. Met uitzondering van hen, die bij de oprichting als lid zijn toegetreden, kan men slechts lid van de vereniging worden door toelating door het bestuur der vereni­ging. Bij weigering van toelating door het bestuur, staat beroep open op de algemene ver­gadering. Wanneer het aspirant-lid daartoe een afzonderlijke ledenvergadering verlangt, worden de kosten daarvan vooraf door het aspirant-lid voldaan. Minderjarigen die als lid van de vereniging wensen toe te treden, hebben de handtekening van hun wettelijke ver­tegenwoordigers) nodig.

ARTIKEL 6: BEËINDIGING LIDMAATSCHAP

1.  Het lidmaatschap eindigt door:

  1. het overlijden van een lid;
  2. opzegging door een lid;
  3. opzegging namens de vereniging. De opzegging kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
  4. d. door ontzetting. Deze ontzetting kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.

2. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.

3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan slechts geschieden tegen het einde van een verenigingsjaar met inachtneming van een opzeg­gingstermijn van vier weken.

Het lidmaatschap kan echter onmiddellijk worden beëindigd indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voort­duren.

4. Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid doet het lidmaatschap ein­digen op het vroegst toegelaten tijdstip volgend op de datum waartegen was opge zegd.

5. Een lid kan voorts zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen één maand nadat een besluit waarbij zijn rechten zijn beperkt of zijn verplichtingen zijn verzwaard, hem is bekend geworden of medegedeeld; het besluit is alsdan niet op hem van toepassing. Een lid is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit waarbij de verplichtingen van de leden van geldelijke aard zijn verzwaard, te zijnen opzichte uit te sluiten.

6. Ontzetting uit het lidmaatschap wordt genomen door een besluit van de algemene ledenvergadering met tenminste twee/ derde van de geldige uitgebrachte stemmen. Een voordracht tot ontzetting kan door het bestuur worden gemaakt.

7. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkene binnen één maand na ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de algemene vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.

8. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft desalniette­min de jaarlijkse bijdrage voor het geheel verschuldigd.

ARTIKEL 7: STEMRECHT

Stemgerechtigd zijn de gewone leden en de ereleden voor zover deze niet geschorst zijn. Stemgerechtigd zijn alleen de leden vanaf achttien jaar en ouder, alsmede de wettelijke vertegenwoordiger van de minderjarige leden.

ARTIKEL 8: NON-ACTIVITEIT EN SCHORSING

Leden kunnen het bestuur verzoeken zich tijdelijk, dat wil zeggen voor een termijn van tenminste zes aaneengesloten speelmaanden en ten hoogste een jaar, op non-activiteit te laten stellen. Redenen van non-activiteit en schorsing zijn geregeld bij huishoudelijk reglement.

ARTIKEL 9: GELDMIDDELEN EN BEHEER

1. De inkomsten van de vereniging bestaan uit:

  1. contributies van de leden;
  2. bijdragen van overheden;
  3.  entreegelden;
  4. giften, erfstellingen en legaten;
  5. andere toevallige wettige baten.

2. Alle geldmiddelen staan onder beheer van de penningmeester die jaarlijks in de alge­mene vergadering rekening en verantwoording aflegt.

3. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen geheel of gedeeltelijk ontheffing van de verplichting tot het betalen van een bijdrage te verlenen.

De grootte van de contributie en entreegelden en de wijze alsmede tijdstip van betaling worden nader geregeld bij huishoudelijk reglement.

ARTIKEL 10: BESTUUR

Het bestuur bestaat uit een oneven aantal leden van ten minste vijf en ten hoogste negen leden, te weten; voorzitter, secretaris, penningmeester en twee tot zes leden van de ver­eniging.

a.  Het aantal bestuursleden wordt nader door de algemene vergadering vastgesteld.

b. De bestuursleden worden gekozen uit en door de leden der vereniging.

c.  De voorzitter wordt rechtstreeks door de ledenvergadering gekozen.

d. De overige bestuursfuncties worden door de bestuursleden onderling verdeeld.

e.  Alle bestuursleden dienen meerderjarig te zijn.

f.  Het bestuur vertegenwoordigt de vereniging in en buiten rechte. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee leden van het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur wordt gevormd door de voorzitter, secretaris en penningmeester. Het is bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten tot kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen, mits vooraf toestemming van een algemene vergadering is verkregen.

g. De wijze van verkiezing en aftreding wordt nader bij huishoudelijk reglement geregeld.

h. Een bestuurslid kan door de algemene ledenvergadering te allen tijde worden geschorst of ontslagen.

ARTIKEL 11

1. Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftreding. De aftredende is terstond herkiesbaar; wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster van aftreding de plaats van zijn voorganger in.

2. Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:

  1. door het eindigen van het lidmaatschap van de vereniging;
  2. door te bedanken;
  3. door overlijden.

ARTIKEL 12

1. Het bestuur kan voor elk van haar leden uit haar midden een vervanger aanwijzen.

2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris notulen opge­maakt, welke door de voorzitter en de secretaris worden vastgesteld en ondertekend.

3. Het bestuur kan in bestuursvergaderingen alleen rechtsgeldige besluiten nemen als tenminste de helft van de bestuursleden vertegenwoordigd is.

4. Alle besluiten worden genomen met meerderheid van stemmen. Indien de stemmen staken is het voorstel verworpen.

5. Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regelen aangaande de vergaderingen en van de besluitvorming door het bestuur worden gegeven.

ARTIKEL 13: BESTUURSTAAK

1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging.

2. Indien het aantal bestuursleden beneden de vijf is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen waarin de voorziening in de open plaats of de open plaatsen aan de orde komt.

3. Het bestuur is bevoegd onder haar verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van haar taak te doen uitvoeren door commissies die door het bestuur worden benoemd.

ARTIKEL 14: VERENIGINGSJAAR

Het verenigingsjaar loopt van één januari tot en met eenendertig december.

ARTIKEL 15: JAARVERSLAG

1. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aante­keningen te houden, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.

2. Het bestuur brengt op een algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het verenigingsjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene verga­dering, haar jaarverslag uit en doet onder overlegging van een balans en staat van baten en lasten, rekening en verantwoording over haar in het afgelopen jaar gevoerde bestuur. Na afloop van bedoelde termijn kan ieder lid deze rekening en verantwoor­ding in rechte van het bestuur vorderen.

3. De algemene vergadering benoemt jaarlijks uit haar midden een commissie van ten­minste twee personen, die geen deel mogen uitmaken van het bestuur. De commissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de algeme­ne vergadering verslag van haar bevindingen uit.

4. Vereist het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzondere boekhoudkundi­ge kennis, dan kan de commissie van onderzoek zich door een deskundige doen bij­staan. Het bestuur is verplicht aan de commissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage van de boe­ken en bescheiden van de vereniging te geven.

5. De last van de commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden her­roepen, doch slechts door benoeming van een andere commissie.

6. Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in de leden 1 en 2, tien jaar lang te bewaren.

ARTIKEL 16: ALGEMENE VERGADERING

1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, welke niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.

2. Jaarlijks wordt uiterlijk binnen zes maanden na afloop van het verenigingsjaar een algemene vergadering gehouden waarin:

  1. door het bestuur verslag wordt gedaan omtrent het reilen en zeilen van de vereniging in het afgelopen verenigingsjaar;
  2. door de penningmeester rekening en verantwoording wordt afgelegd van het geldelijk beheer over het afgelopen verenigingsjaar.
  3. de voorstellen worden behandeld, welke door het bestuur zijn gedaan of door ten minste één van de leden van de vereniging schriftelijk bij het bestuur zijn ingediend,
    mits zo tijdig dat aan de formaliteiten hierna omtrent de oproeping van de ledenvergadering voorgeschreven, kan worden voldaan;
  4. voorzien wordt in vacatures in het bestuur.

3.  Voorts zal een algemene vergadering gehouden worden zo dikwijls het bestuur dit nodig acht, danwel op schriftelijk, met redenen omkleed verzoek van tenminste ééntiende gedeelte van de stemgerechtigde leden, in welk geval de vergadering binnen vier weken na het indienen van het verzoek moet zijn uitgeschreven, bij gebreke waarvan de verzoekers het recht hebben zelf tot het beleggen van de verzochte vergadering over te gaan.

ARTIKEL 17

De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping dient tenminste veertien dagen voor de vergadering schriftelijk ter kennis van de leden te zijn gebracht. Bij oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld.

ARTIKEL 18

1. De algemene ledenvergaderingen worden voorgezeten door de voorzitter en bij zijn afwezigheid door zijn plaatsvervanger en bij ontstentenis van laatstbedoelde door één van de andere bestuursleden die door het bestuur uit haar midden wordt aangewezen. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden, waaronder niet worden begrepen geschorste leden.

2. Van het behandelde in elke vergadering worden door de secretaris van het bestuur of diens plaatsvervanger, notulen gehouden, welke ter vaststelling getekend worden door de voorzitter en degene die de notulen gemaakt heeft.

3. Het ter algemene ledenvergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter dat door de vergadering een besluit is genomen is beslissend. Hetzelfde geldt ook voor de inhoud van een genomen besluit voorzover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.

4.  Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het vorig lid van dit artikel bedoeld oordeel de juistheid ervan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid van de vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, één stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.

5. Voorzover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stem­men.

6. Een lid kan zich uitsluitend door een ander lid doen vertegenwoordigen, zulks krach­tens schriftelijke volmacht, met dien verstande dat een lid slechts als gemachtigde van maximaal twee andere leden mag optreden.

7. lanco stemmen of ongeldig uitgebrachte stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.

8. Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft ver­kregen, heeft een tweede stemming plaats. Heeft alsdan weer niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats totdat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft gekregen, het zij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken.

Bij gemelde herstemming (waaronder niet is begrepen de tweede stemming) wordt tel­kens gestemd tussen personen, op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd even­wel uitgezonderd de persoon, op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan één persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt, op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht.

Ingeval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen.

9. Indien de stemmen staken over een voorstel niet rakende verkiezing van personen, is het voorstel verworpen.

10. Alle stemmingen over personen geschieden schriftelijk.

Alle overige stemmingen geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht of de meerderheid van de stemgerechtigden daartoe in de vergadering besluit of één der stemgerechtigden zulks vxxr de stemming verlangt. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten stembriefjes. Besluitvorming bij acclamatie, ook over personen, is mogelijk, tenzij één stemgerech­tigde hoofdelijke stemming verlangt.

11. Een eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.

12. Zolang in een algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen - dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding - ook al heeft geen oproeping plaats gehad of is deze niet op de voorge­schreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen van verga­deringen of andere daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.

ARTIKEL 19: HUISHOUDELIJK REGLEMENT

1. De verdere rechten en verplichtingen van de leden, de taak van het bestuur en nadere bepalingen op de vereniging betrekking hebbend, worden vastgelegd in een huishou­delijk reglement, hetwelk geen bepalingen mag bevatten welke in strijd zijn met de wet en deze statuten.

2. Het huishoudelijk reglement wordt vastgesteld, aangevuld en gewijzigd door de alge­mene vergadering. Het bepaalde in de leden 1,2 en 3 van artikel 20 is van overeenkom stige toepassing.

 ARTIKEL 20: STATUTENWIJZIGING

1. In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden aangebracht dan door een besluit van een algemene vergadering waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.

2. Zij die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten vijf dagen voor de vergadering een afschrift van dat voorstel waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden. Bovendien zal een afschrift als hiervoor bedoeld aan alle leden toegezonden.

3. Een besluit tot statutenwijziging behoeft tenminste twee / derde van de geldig uitge­brachte stemmen, in een vergadering waarin tenminste twee/derde van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd is. Is niet twee/derde van het aantal leden tegen­woordig of vertegenwoordigd dan wordt binnen vier weken daarna een tweede verga­dering bijeen geroepen en gehouden, waarin over het voorstel dat in de vorige verga­dering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal tegenwoordige of vertegenwoordig­de leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van tenminste twee/ derde van de uitgebrachte stemmen.

4. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid bevoegd.

ARTIKEL 21: ONTBINDING

1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering. Het bepaalde in de leden 1,2 en 3 van artikel 20 is van overeenkomstige toepassing.

2. Ingeval van een batig saldo zullen de baten na vereffening een bestemming krijgen zoals door de algemene vergadering wordt bepaald.

ARTIKEL 22: BIJZONDER BEPALINGEN

1. Bij verschil van opvatting over de uitleg van enige bepaling van deze statuten of van het huishoudelijk reglement beslist het bestuur.

2. In alle gevallen, niet voorzien in deze statuten en het huishoudelijk reglement, beslist het bestuur.

 

HUISHOUDELIJK REGLEMENT 

 

ARTIKEL 1: LIDMAATSCHAP

a.  Hij of zij die als lid wenst te worden toegelaten, meldt zich hiertoe aan bij de secretaris der vereniging door middel van een daartoe door het bestuur beschikbaar te stellen
formulier.

b. 14 Dagen na ontvangst van het ingevulde aanmeldingsformulier zal door het bestuur uitsluitsel aan het aspirantlid over al dan niet toelating als lid worden gegeven.

c.  Het aspirant lid verbindt zich bij opgave voor minstens een vol verenigingsjaar.

d. Voor jeugdleden geldt de eis, dat ouders of voogd zich met de aanmelding akkoord verklaren door medeondertekening van het aanmeldingsformulier. De vereniging,
noch het bestuur is gehouden toezicht uit te oefenen op de jeugdleden.

e.  Ereleden hebben alle rechten van de gewone leden, echter niet de geldelijke plichten.

f.  Begunstigers hebben het recht de algemene vergaderingen van de vereniging bij te wonen, doch hebben daarin geen stemrecht.

ARTIKEL 2: VERPLICHTINGEN VAN DE LEDEN

a. Zodra een kandidaatlid is aangenomen, verplicht het zich tot:

  1. Direkte betaling van het entreegeld als nader omschreven en waarvoor het een exemplaar van de statuten en het huishoudelijk reglement ontvangt.
  2. Direkte betaling van de contributie over de resterende maanden van het jaar.

b. Direkte kennisgeving aan het secretariaat van adresverandering.

c. Onderwerping aan de bepalingen van statuten en huishoudelijk reglement.

d. Het aangetekend schriftelijk berichten aan de secretaris ingeval het lid niet wenst dat het lidmaatschap van kracht blijft.

e. Het verstrekken van al die gegevens die voor het voeren van de verenigingsadministratie van belang zijn.

ARTIKEL 3: CONTRIBUTIE, ENTREEGELD EN BIJDRAGEN BEGUNSTIGERS

a. De vereniging kent de volgende contributies:
-verenigingscontributie
-bondscontributie
-competitiecontributie

-non-actief bijdrage.

b. Elk lid, m.u.v. ereleden, is verenigings- en bondscontributie verschuldigd. Een lid dat zich heeft opgegeven voor de competitie is tevens competitiecontributie verschuldigd.
Een non-actief lid is, i.p.v. de verenigingscontributie over de betreffende periode, de non-actief bijdrage verschuldigd.

c. De contributie en de entreegelden worden jaarlijks op de Algemene Ledenvergadering voorafgaande aan het betreffende jaar vastgesteld.

ARTIKEL 4: TIJDSTIP VAN BETALING

a.  De verenigingscontributie en de bondscontributie dienen voor 15 november voorafgaand aan ieder nieuw verenigingsjaar te worden voldaan door storting of overschrij-
ving op de postgiro- of bankrekening ten name van BAVIO.

b. De competitiecontrïbutie dient voor 15 juli van het lopende verenigingsjaar te worden voldaan door storting op de postgiro- of bankrekening ten name van BAVIO. In geval
competitiecontributie verschuldigd is dient, in afwijking van lid a., gelijktijdig de bondscontributie voor het volgende verenigingsjaar te worden voldaan.

c.  Het entreegeld dient betaald te zijn voordat het lid met spelen aanvangt.

d. Indien niet tijdig is betaald, wordt de contributie verhoogd met incasso- en administratiekosten.

e.  Op schriftelijk verzoek van het lid kan de penningmeester toestaan dat de contributie per half jaar of per kwartaal wordt voldaan. De penningmeester kan deze bevoegdheid
verlenen aan de tweede penningmeester.

f.  Het niet betalen van de al dan niet met incasso- en administratiekosten verhoogde contributie kan als wanbetaling worden beschouwd, en als zodanig opzegging door de
vereniging tot gevolg hebben.

ARTIKEL 5: BEËINDIGING VAN HET LIDMAATSCHAP

Het lidmaatschap eindigt op de wijze, zoals omschreven in artikel 6 der statuten.

a.  Het beëindigen van het lidmaatschap kan tweemaal per jaar geschieden ofwel voor 1 december ingaande per 1 januari daaropvolgend, danwel voor 1 augustus ingaande per 1 september daaropvolgend.

b. Opzegging namens de vereniging. Tot opzegging namens de vereniging, zoals bedoeld in artikel 6, lid lc. der statuten, kan door het bestuur besloten worden wan-
neer een lid:

  1. Ophoudt aan de vereisten van het lidmaatschap te voldoen.
  2. Zich schuldig maakt aan wanbetaling van aan de vereniging verschuldigde gelden.
  3. Wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaat­schap te laten voortduren. In geval van opzegging wegens punt 3 heeft het lid het recht van beroep op de Algemene Vergadering, binnen één maand na ontvangst van de schriftelijke kennisgeving. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.

c.  Ontzetting uit het lidmaatschap. De Algemene Vergadering kan, op voordracht van het bestuur, een besluit tot ontzetting nemen, zoals bedoeld in artikel 6, lid ld. der statu-
ten, wanneer een lid;

  1. Zich schuldig maakt aan wangedrag in de meest uitgebreide zin des woords.
  2. In strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt.
  3. De vereniging op onredelijke wijze benadeelt. In deze gevallen heeft het bestuur het recht het betreffende lid te schorsen tot aan de eerstvolgende reguliere Algemene Vergadering. Het lid zal daartoe schriftelijk van het bestuursbesluit in kennis wor­den gesteld. Van het door de Algemene Vergadering genomen besluit zal het lid ten spoedigste schriftelijk in kennis worden gesteld. Binnen één maand na ontvangst van deze kennisgeving heeft het lid het recht van beroep op de Algemene Vergadering. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.

ARTIKEL 6: SCHORSING

In de gevallen bedoeld in artikel 5 lid c, van dit Huishoudelijk Reglement kan het bestuur een schorsing uitspreken. Het besluit tot schorsing zal het betrokken lid ten spoe­digste per aangetekend schrijven worden medegedeeld onder opgave van redenen. Het besluit tot schorsing sluit het lid niet uit van de verplichting zijn/haar contributie en andere financiële verplichtingen jegens de vereniging na te komen. Eventuele schulden blijven navorderbaar en moeten binnen een door het bestuur te bepalen termijn worden afgelost, waarbij de vereniging het recht behoudt op invordering van eventuele gederfde rente. Een geschorst lid verliest voor de duur van de schorsing alle aan zijn lidmaatschap verbonden rechten. De periode van een schorsing kan niet langer zijn dan maximaal één jaar.

ARTIKEL 7: NON-ACTIVITEIT

Redenen voor non-activiteit kunnen zijn:

  1. Zwangerschap 
  2. Langdurige ziekte of ongeval.
  3. Militaire dienst.
  4. Overige redenen, ter beoordeling van het bestuur.

De periode van non-activiteit zal minimaal zes aaneengesloten speelmaanden - de maan­den juli en augustus worden niet meegeteld - en maximaal één jaar zijn. Voor militaire dienst zal, in afwijking van hetgeen gesteld is in artikel 7 van de statuten, de te vervullen diensttijd als maximale termijn gelden. De ingangsdatum van non-activiteit wordt door het bestuur bepaald, doch kan niet eerder zijn dan de eerstkomende datum waarop in redelijkheid een nieuw lid kan worden opgeroepen. Een non-actief lid wordt weer speel­gerechtigd bij afloop van de minimale termijn door, met inachtneming van een meldings­termijn van een maand, de wens hiertoe kenbaar te maken. Na afloop van de maximale termijn is het lid automatisch weer speelgerechtigd. Tijdens de periode van non-activiteit is een gedeeltelijke contributie verschuldigd, met dien verstande dat de reeds vooruitbe­taalde contributie niet zal worden gerestitueerd, doch zal worden geboekt als zijnde voor­uitbetaald voor de periode volgend op de non-activiteit. De hoogte van deze gedeeltelijke contributie zal jaarlijks door de Algemene Ledenvergadering worden vastgesteld.

ARTIKEL 8: RECHT OP VERENIGINGSBEZITTINGEN

Behoudens het gestelde in lid d. en e. van artikel 3 van het huishoudelijk reglement, ver­vallen bij de beëindiging van het lidmaatschap alle aanspraken op de eigendommen van de vereniging.

ARTIKEL 9: VAN HET BESTUUR

Het bestuur bestaat uit tenminste 5 en ten hoogste 9 leden. Het dagelijks bestuur bestaat uit: voorzitter, secretaris, penningmeester. Het bestuur kan zich laten assisteren door een aantal commissarissen en/ of commissies. Jaarlijks treedt, volgens een door het bestuur vastgestelde volgorde, een derde deel van het bestuur af en wel zodanig dat ieder bestuurslid tenminste één keer per 3 jaar aftreedt, met dien verstande, dat nimmer gelijk­tijdig voorzitter en secretaris aftredend zijn. In tussentijdse vacatures wordt zo spoedig mogelijk door het bestuur voorzien, met inachtneming van artikel 10 lid c. en e. der statu­ten. Bij tussentijdse benoeming van nieuwe bestuursleden komen deze inzake het rooster van aftreden in de plaats van die bestuursleden die ze vervangen. Wanneer het bestuur in zijn geheel aftreedt, moet het aanblijven tot de benoeming en functieaanvaarding van het nieuwe bestuur heeft plaatsgevonden. Voor de verkiezing van een nieuw bestuur dient binnen een maand na aankondiging van aftreden een algemene ledenvergadering te wor­den gehouden. Een bestuurslid kan uit zijn functie ontzet of geschorst worden, indien hiertoe een algemene ledenvergadering met minstens 2/3 van het aantal geldige stemmen besluit. Het voorstel hiertoe moet uitgaan van het bestuur of van minstens 10% van het aantal stemgerechtigde leden. Het bestuur brengt op de algemene ledenvergadering als bedoeld in art.16 lid 2 der statuten een jaarverslag uit over de gang van zaken in de ver­eniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toe lichting ter goedkeuring voor. Deze stukken worden door alle bestuursleden ondertekend; ontbreekt de ondertekening van een hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt.

ARTIKEL 10: VAN DE VOORZITTER

De voorzitter leidt de vergaderingen en stelt de agenda vast. Hij heeft het recht beraadsla­gingen te sluiten, wanneer hij meent dat de vergadering voldoende is ingelicht, doch is verplicht die weer te openen, zodra 1/3 der aanwezige stemgerechtigde leden het verlangen daartoe kenbaar maakt. Het oordeel van de voorzitter dat door de vergadering een besluit is genomen is beslissend. Hetzelfde geldt ook voor de inhoud van een genomen besluit. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van dit oordeel de juistheid ervan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats wanneer de meerderheid van de vergade­ring of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, één stemgerechtigde aanwezige dit verlangt.

ARTIKEL 11: VAN DE SECRETARIS

De secretaris houdt de notulen van alle vergaderingen bij en archiveert deze. Zij worden na goedkeuring door de vergadering door hem en de voorzitter ondertekend. Hij voert de briefwisseling uit naam van en in overleg met het bestuur en is verplicht alle ingeko­men stukken te bewaren. Hij ondertekent alle van hem uitgaande stukken en is verplicht hiervan kopie te houden. Hij is belast met het bijhouden van de ledenlijst en een eventu­ele wachtlijst en voert de volledige administratie hiervan. In de algemene ledenvergade­ring, bedoeld bij artikel 16 van de statuten, brengt bij verslag uit over het afgelopen ver­enigingsjaar. Hij heeft het beheer over het archief en zorgt voor de berichtgeving in een eventueel officieel orgaan en de plaatselijke pers. Hij verzorgt de inschrijving van alle bestuursleden in het verenigingsregister van de Kamer van Koophandel, rekening hou­dend met het gestelde in art. 10, lid f. der statuten.

ARTIKEL 12: VAN DE PENNINGMEESTER

De penningmeester beheert de gelden der vereniging en zorgt voor het innen van alle aan de vereniging toekomende baten. Hij is voor de onder zijn beheer staande gelden per­soonlijk aansprakelijk, tenzij hij overmacht kan bewijzen. Hij doet die uitgaven, welke een gevolg zijn van toepassing van dit reglement en van de uitvoering van besluiten ener ver­gadering. Voor uitgaven boven de ƒ. 100,— heeft hij machtiging nodig van het bestuur. Alle uitgaven en ontvangsten mogen niet anders geschieden dan tegen kwitantie of boe­kingsstuk. Hij is verplicht alle ontvangsten en uitgaven van de vereniging te registreren. Hij dient aan de kascontrolecommissie inzage te geven in zijn administratie rekening en verantwoording te geven van zijn beheer. Bij tussentijds aftreden, geeft hij binnen 8 dagen na zijn bedanken, aan het bestuur rekening en verantwoording. Hij is verplicht de voor­zitter, na overleg met de overige bestuursleden, te allen tijde inzage te geven in zijn admi­nistratie en hem de kasgelden te tonen. In de algemene vergadering, genoemd in artikel 16 van de statuten, brengt hij verslag uit van de inkomsten en uitgaven over het afgelo­pen verenigingsjaar en dient hij, in overleg met het bestuur, een begroting in voor het komende jaar. De op de uitvoering van zijn taak betrekking hebbende correspondentie wordt door hem gevoerd en getekend. Hij houdt hiervan kopie. Hij is verplicht niet meer dan één kas van ten hoogste ƒ. 100,—, bij hem thuis te houden. Zodra dit bedrag wordt overschreden, dient hij het meerdere te storten op de bank- of girorekening van de vereni­ging. Het bestuur is te allen tijde bevoegd voor het door de penningmeester te voeren beheer nadere regels vast te stellen.

ARTIKEL 13: VAN DE ALGEMENE COMMISSIES

Het bestuur kan voor het uitvoeren van speciale opdrachten en ter assistentie van het bestuur, commissies instellen, zoals bedoeld in art.13 lid 3. der statuten. Voor deze com­missies stelt het bestuur instructies vast. Het bestuur blijft ten volle verantwoordelijk voor het werk, verricht door de door het bestuur ingestelde commissies.

ARTIKEL 14: VAN DE JEUGDAFDELING Algemeen.

1. Het bestuur laat zich voor jeugdzaken bijstaan door een jeugdcommissie.

2. De jeugdcommissie wordt benoemd door het bestuur, waarvan zij tevens haar taakop­dracht ontvangt.

3. De jeugdcommissie bestaat uit maximaal zeven leden, waarvan minstens twee jeugdle­den, en bestaat minimaal uit drie leden, waarvan minstens één jeugdlid. In de jeugd­commissie zijn te allen tijde twee seniorleden opgenomen

4. De jeugdcommissie kan het bestuur gevraagd en ongevraagd van advies dienen voor zover het gaat om zaken de jeugd betreffende.

5. De taakverdeling binnen de jeugdcommissie wordt in onderling overleg tussen de leden van die commissie vastgesteld en vervolgens ter kennis van het bestuur gebracht

6. De jeugdcommissie brengt éénmaal per jaar verslag uit van haar activiteiten aan het bestuur of zoveel meer als het bestuur noodzakelijk acht.

Financiën.

  1. De jeugdcommissie dient jaarlijks een begrotingsvoorstel in bij het bestuur.
  2. Door het bestuur noodzakelijk geachte wijzigingen in deze begroting geschieden na overleg met de jeugdcommissie.
  3. De jeugdbegroting wordt als onderdeel van de totale begroting voorgelegd aan de algemene ledenvergadering. Bij eventuele begrotingsoverschrijdingen betreffende de jeugdbegroting, dient het bestuur tijdig door de jeugdcommissie in kennis te worden gesteld.

Contacten.

  1. De voorzitter van de jeugdcommissie is een seniorlid en heeft zitting in het bestuur.
  2. Namens de jeugdcommissie heeft één lid zitting in de technische commissie. Stemrecht en inspraak juniorleden.

De juniorleden hebben middels hun wettelijke vertegenwoordiger stemrecht in de leden­vergadering. Daarnaast hebben zij inspraak in de jeugdcommissie middels directe verte­genwoordiging door één of meer jeugdleden.

ARTIKEL 15: VAN DE ZAALCOMMISSARIS

De zaalcommissaris draagt zorg voor handhaving van de goede orde op de banen en in de sporthal. Bij onbehoorlijk gedrag van leden of niet-leden is hij verplicht deze van de banen of uit de sporthal te verwijderen of te laten verwijderen. Zonodig draagt hij leden bij het bestuur voor tot schorsing. Voorts dient hij zorg te dragen, dat het materiaal in goede staat blijft verkeren. Hij meldt ieder gebrek aan het materiaal aan het bestuur en draagt toezicht op onderhoud en reparaties. Hij heeft het beheer over de shuttles en draagt zorg, dat de verstrekking van shuttles plaats vindt volgens de richtlijnen van het bestuur.

ARTIKEL 16: VAN DE KASCONTROLECOMMISSIE

Het beheer van de penningmeester wordt gecontroleerd door een kascommissie van ten­minste 2 en ten hoogste 3 leden, buiten het bestuur te benoemen op de algemene vergade­ring. Zij brengt verslag uit op de jaarlijkse algemene ledenvergadering, bedoeld bij artikel 16 van de statuten. Indien uit dit verslag blijkt dat de kascontrolecommissie de verant­woording in orde heeft bevonden, wordt de ledenvergadering verzocht het bestuur décharge te verlenen voor het beheer over het afgelopen verenigingsjaar. Bij tussentijds aftreden of overlijden van de penningmeester controleert zij binnen 30 dagen zijn be­talingsmiddelen, boekingsstukken en boeken en brengt binnen 8 dagen daarna verslag uit aan het bestuur der vereniging in een rapport door de leden der commissie ondertekend. De commissie moet, indien het bestuur daartoe opdracht geeft, tussentijds controle hou­den. Indien bij een onderzoek van de commissie onregelmatigheden worden geconsta­teerd wordt daarvan een door de leden van de commissie ondertekend rapport opge­maakt, dat binnen twee dagen aan het bestuur dient te worden toegezonden. De algeme­ne vergadering kan zonodig een accountant de opdracht verstrekken om de financiële rekening en verantwoording te controleren en te rapporteren over het gevoerde financiële beheer.

ARTIKEL 17: KLEDING EN VIGNET

Het dragen van overwegend witte kleding op de speelavonden wordt op prijs gesteld. Het dragen van niet voor de badmintonsport geschikte kleding tijdens officiële wedstrij­den is niet toegestaan; overwegend witte kleding verdient de voorkeur. Het bestuur is gerechtigd spelers uitkomend voor de vereniging in toernooien en de landelijke- of dis­trictscompetitie nadere voorschriften betreffende door de spelers te dragen kleding te geven. Deze voorschriften kunnen mede het dragen van reclame-uitingen op de kleding inhouden. Het schoeisel dient zodanig te zijn dat dit geen strepen of beschadigingen op de vloer achter laat, noch straatvuil kan bevatten.

ARTIKEL 18: VAN DE VERGADERINGEN

Er kunnen worden gehouden:

a.  gewone algemene ledenvergaderingen.

b. buitengewone algemene ledenvergaderingen.

c.  bestuursvergaderingen.

De onder a. bedoelde gewone ledenvergaderingen moeten jaarlijks uiterlijk binnen 6 maanden na afloop van het verenigingsjaar worden gehouden. Op deze vergaderingen moeten onder andere in behandeling komen:

  1. jaarverslag secretaris
  2. jaarverslag penningmeester met rekening en verantwoording
  3. jaarverslag kascontrolecommissie
  4. vaststelling begroting en contributies voor het komende jaar
  5. benoeming kascontrolecommissie
  6. bestuursverkiezing
  7. rondvraag

De onder b. bedoelde buitengewone algemene ledenvergaderingen worden belegd wan­neer het bestuur dit nodig acht of op schriftelijk verzoek van tenminste 10% van de stem­gerechtigde leden, onder opgaaf van de te behandelen punten. Het bestuur is gehouden aan het verzoek te voldoen binnen de tijd van 4 weken nadat het verzoek is ingediend. Bij niet tijdige oproeping door het bestuur zijn de verzoekers zelf gerechtigd de vergadering te beleggen op een wijze als in dit reglement en de statuten is omschreven en voorzien zij zelf in de leiding van die vergadering, indien het bestuur weigert deze leiding op zich te nemen. In de periode van 1 juni tot 1 september kunnen de onder b. bedoelde vergaderin­gen niet worden gehouden. De onder c. bedoelde bestuursvergaderingen worden gehou­den zo dikwijls de voorzitter of 3 bestuursleden dit nodig oordelen. Op alle vergaderin­gen moet een presentielijst worden getekend; zij, die dit nalaten, worden geacht afwezig te zijn. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter. Geen lid voert het woord dan na het aan de voorzitter gevraagd en verkregen te hebben. De voorzitter kan iemand het woord ontnemen, wanneer deze zich op ongepaste wijze uitdrukt. Hij kan indien hij dit nodig acht, personen het verdere bijwonen van de vergadering ontzeggen, indien een meerderheid van de op de vergadering aanwezige stemgerechtigde leden hiermee instemt.

ARTIKEL 19: WIJZE VAN OPROEPING (ALGEMENE VERGADERINGEN)

Het bestuur is verplicht datum, uur en plaats van een algemene ledenvergadering ten­minste 14 dagen van te voren aan alle leden schriftelijk bekend te maken onder opgave van de te behandelen onderwerpen. Niet op de agenda voorkomende onderwerpen mogen niet worden behandeld. Door tenminste 1 stemgerechtigd lid schriftelijk ingedien­de voorstellen moeten op de agenda worden geplaatst, mits deze minstens 6 dagen voor de algemene vergadering bij het bestuur zijn binnengekomen. Het bestuur is verplicht een dergelijke uitbreiding van de agenda op voren omschreven wijze en minstens 3 dagen voor de desbetreffende algemene ledenvergadering aan alle leden mede te delen.

ARTIKEL 20: VAN DE STEMMINGEN (IN ALGEMENE VERGADERINGEN)

a. Stemmen over personen geschiedt schriftelijk, over zaken mondeling, tenzij een stemgerechtigd lid ter vergadering aanwezig, een schriftelijke stemming verlangt.

b. De mondelinge stemmingen worden door de secretaris opgenomen. De schriftelijke stemmingen worden opgenomen door een door de voorzitter aan te wijzen stembureau, bestaande uit twee leden. Deze controleren het aantal stemgerechtigde leden en het aantal uitgebrachte stemmen en registreren de stemtotalen.

c.  Van onwaarde zijn: blanco stembriefjes, stembriefjes waarop meer namen voorkomen dan het aantal te verkiezen personen, onleesbare of verkeerd ingevulde stembriefjes en ondertekende stembriefjes. Stemmen welke van onwaarde zijn, worden als niet uitgebrachte stemmen beschouwd bij het berekenen van de volstrekte meerderheid.

d. Besluiten worden genomen bijvolstrekte meerderheid van stemmen, behoudens uitzonderingen genoemd in de statuten. Indien de stemmen staken is het bestreffende voorstel verworpen. Benoemingen geschieden zoals omschreven in artikel 18, lid 8 der statuten.

e. Een lid mag, zo hij verhinderd is een vergadering bij te wonen, een ander lid machtigen, overeenkomstig art.18, lid 6 der statuten, zijn stem uit te brengen. Hij dient hierbij aan te geven voor welk(e) punt(en) van de agenda hij de ander machtigt.

ARTIKEL 21: REKENING EN VERANTWOORDING

De penningmeester stelt de jaarlijkse financiële rekening en verantwoording op, bestaan­de uit balans, een resultatenrekening, een inventarisstaat, een begroting voor het komen­de jaar en eventuele verdere toelichtingen. De financiële rekening dient door alle bestuursleden te worden ondertekend. Bij de financiële rekening en verantwoording wordt toegevoegd het rapport van de kascontrolecommissie. De gewone algemene leden­vergadering dient de financiële rekening en verantwoording en de begroting al dan niet gewijzigd, goed te keuren. Goedkeuring van de jaarrekening strekt het bestuur tot decharge voor het gevoerde beheer ten aanzien van de in die rekening en verantwoording vermelde feiten. De tijdelijke overtollige gelden worden belegd bij een spaarbank of der­gelijke instelling.

ARTIKEL 22: ALGEMEEN

Ieder lid is aansprakelijk voor door hem/haar aangerichte schade of veroorzaakte vernie­ling door nalatigheid of schuld aan bezittingen van de vereniging toegebracht. De vereni­ging is niet aansprakelijk voor schade door een individueel lid aan de eigendommen van derden toegebracht.

ARTIKEL 23: SLOTBEPALING

Ieder lid van de vereniging wordt voor de toepassing van de statuten en het huishoude­lijk reglement geacht bekend te zijn met alle daarin vervatte bepalingen.